Paniekopvoeden en andere gedachtes
Ken je dat gevoel dat je in gedachten iets al bijna af hebt, dat het in je hoofd ronddwaalt, dat je er op verschillende manieren naar gekeken hebt, er over gedacht hebt, het voelt bijna alsof je het al gedaan hebt. Herken je dat?
Nou, dat heb ik dus de afgelopen weken gehad met deze blog, met tips over hoe je Positive Discipline kunt gebruiken.
In mijn hoofd heb ik zelfs al meerdere keren geschreven, en al best veel onderwerpen behandeld….
Helaas heb ik ze, ondanks dat ik er ook meerdere keren aan begonnen was, nooit afgemaakt en op de site gezet. Oeps, ben ik toch nog veel menselijker dan ik dacht 😉
En dat gevoel waar ik vandaag over wil schrijven, dat overkwam me dus elke dag wel een paar keer… Ik dacht dan “Help, het komt nooit meer goed.” En ik voelde een lichte paniek en dacht: “Jij haakt vast af omdat je niks van mij hoort, het interesseert je niet meer, je wilt vast niet meer van me horen nu ik zo lang niets heb laten weten… Het is inmiddels al zoveel weken geleden (6?) dat ik de laatste tips schreef…”Â
Anyway, ik weet, het gaat niet over mij, maar het gevoel dat ik voelde is denk ik wel hetzelfde dat jij soms voelt. Als je bijvoorbeeld je kind ziet prutsen, meer ziet spelen met z’n eten in plaats van dat het opgegeten wordt, of zijn huiswerk niet ziet maken, of ze komt haar afspraken niet na. Of je hebt al zo vaak gewaarschuwd en toch maken ze weer ruzie… dat soort dingen…. denk jij dan ook weleens: ‘Het komt nooit meer goed!’ En voel je dan een lichte paniek?
Nou, ik kan daar erg kort over zijn. Die gedachte die je hebt van ‘het komt nooit meer goed…’ dat is nÃet waar, het komt áltijd weer goed!
Okay, soms duurt het even (lees: soms ook wat langer, tot een paar jaar…). Maar het komt altijd weer goed. Â
Het meest belangrijke dat ik hierover geleerd heb is dat elk kind een proces doormaakt. En dat heet: individualisatie. Vanaf het moment dat een kind geboren wordt begint het te leren. Het leert van wat het ziet, hoort, meemaakt en vooral ervaart.
En net als wij wanneer we iets nieuws proberen te leren, moet ons kind ook kunnen oefenen en ervaren. Heel veel oefenen. En ervaren. Door de ervaringen, en vaak ook door de reacties van anderen op die ervaringen. leert een kind. Het vormt zich aan de hand van die ervaringen bepaalde overtuigingen. Overtuigingen zoals ‘ik ben klein, groot, dik, dun, capabel, onhandig, stout, lief, aardig, pienter, geliefd…’
En ‘Mensen vinden het fijn om mij in de buurt te hebben of ik kan maar beter onzichtbaar zijn’ En alles daartussenin.
Dat soort overtuigingen zetten zich vast in het hoofd van je kind.
En net als wij automatisch weten dat we door mogen lopen als het licht groen wordt en soms ontdekken dat we ergens al zijn zonder dat we de weg heel bewust hebben afgelegd, zo reageert jouw kind onbewust vanuit die overtuigingen die het zich gevormd heeft op situaties. Het kind handelt dan vanuit die overtuigingen.
Zie je voor je hoe dat werkt?
Heb je twee verschillende kinderen, en die maken beide hetzelfde mee, dan kan het dat het ene kind daar angstig van wordt en het andere kind denkt: “Dat lukt me wel.” Dat hebben ze te danken aan de ervaringen die ze eerder hebben gehad en aan hun mate van moed.Â
Daarom is het belangrijk dat Â
1: je kind positieve ervaringen heeft met de dingen die hij of zij zegt, doet of onderneemt. en
2: dat je je kind bemoedigt.
1: Blijf altijd voor ogen houden dat je van je kind houdt, dat je onvoorwaardelijk van je kind houdt. Dit blijft altijd staan. Dat je het niet altijd leuk vindt wat hij of zij doet, dat is een ander verhaal. Daar kunnen we aan werken. Fouten zijn immers geweldige mogelijkheden om van te leren. (En zelf hebben we vaak ook nog het een en ander te leren 😉 ). En als ouder/opvoeder wil je graag helpen en je kind laten zien dat het ook anders kan. Of tijd nemen om met haar/hem te oefenen.
2: Bemoediging. Daar kunnen we niet genoeg van krijgen. Bemoediging zorgt ervoor dat je voelt dat je erbij hoort, dat je van belang bent. Dat je net dat ene stapje extra neemt. Dat je het nog eens probeert. Dat je überhaupt aan dingen begint. Dat je plezier hebt in wat je doet, ook al maak je er een zooitje van, je weet dat je het altijd opnieuw kunt proberen en dat er iemand is die om je geeft en achter je staat. Bemoediging is bijvoorbeeld net die glimlach als je het nodig hebt. Die hand op je schouder, ik ben er voor je. Dat niet-oordelende, open gezicht voor je dat je aanmoedigt te vertellen. Die begrijpende blik die je verder doet praten en dat je je begrepen voelt. Al die dingen die voor jou bemoedigend zijn, zijn dat voor je kind ook. Hij of zij heeft bemoediging nodig, net als een plant water en zonneschijn nodig heeft.Â
Het werkt dus niet dat je in de paniek schiet in een situatie waarin je denkt ‘Help, het komt vast nooit meer goed…’. Als je in paniek schiet dan kun je niet meer rationeel handelen en nadenken over wat goed is om te doen. (Het dakje is eraf, voor degenen die Brein in je Handpalm kennen.)Â
Wat wél werkt is dat je je bedenkt: “Ach, dit kind zit in een ontwikkelingsfase, het probeert wat, en het lukt niet goed. Hij of zij heeft nog niet de vaardigheden ontwikkeld om gedrag te laten zien dat wel effectief en fijn is. Ik kan deze situatie gebruiken om mijn kind vaardigheden bij te brengen waar het wat aan heeft.” En dát is Positive Discipline.
Overweeg je om de Positive Discipline cursus te doen? Ik hoor vaak terug dat mensen er veel aan hebben om het boek te lezen en/of deze tips te gebruiken. En dat is helemaal prima natuurlijk. Een moeder die ik vroeg waarom ze voor de cursus had gekozen formuleerde het zo: “Boek lezen dan denk je dat moet ik doen, als je elke week in gesprek zit dan wordt het makkelijker.” En dat is het precies, je krijgt dan handvatten, je oefent en komt de week erop terug en we bespreken het na, en zo leer je stap voor stap om dit in de praktijk te gebruiken.
Mocht je mee willen doen aan een cursus, kijk dan hier op de site voor meer informatie.